1. INLEIDING
Onze omgeving – in dit kader dus het buitengebied van de gemeente Baarle-Nassau – kan vergeleken worden met een heel oud geschiedenisboek. Blad na blad vinden we er het verhalen van de aardgeschiedenis en de mensengeschiedenis en daarmee ook de verhalen die het landschap ons te vertellen heeft.
Te weinig mensen lezen dit boek. In het verleden hebben beleidsmakers er wel in gebladerd. Er zijn pagina’s gekoesterd. Andere zijn beduimeld, gescheurd, gevlekt. Er zijn zelfs hele bladzijden ongelezen uitgescheurd. De pagina van een zeer hoog gewaardeerd microreliëf is weg. De pagina’s van onze meeuwenkolonie en een dassenburcht zijn er niet meer en ook die van een aantal markante bouwwerken en kerkenpaden vinden we niet terug.
Dat zijn feiten waar we lering uit moeten trekken en die we verder te accepteren hebben.
Nu er een nieuw Bestemmingsplan Buitengebied gaat komen, wordt er een vervolg op dit boek geschreven. De hoofdstukken die er bij komen, dienen aan te sluiten op de oude geschiedenis.
Bij het gemeentebestuur berust de taak de nieuwe hoofdstukken samen te stellen. Dat kan alleen goed gaan als er tegelijk aandachtig in het oude boek gelezen wordt. Wij bieden daarbij onze hulp aan door zienswijzen in te dienen.
2. ALGEMENE INDRUKKEN
2.1 Zware opgave
Het Ontwerp Bestemmingsplan Buitengebied omvat vele pagina’s tekst, een verzameling kaarten en verbeeldingen en verwijst naar een reeks van andere rapporten en studies. Voor een vrijwilligersgroep als wij zijn is het een zware opgave om in zes weken zicht te krijgen op de toekomstige bestemmingen en bepalingen met alle gevolgen die dat kan hebben voor ons heem.
De wet geeft ons niet meer tijd. Wij doen wat in ons vermogen ligt om onze bijdrage te leveren.
2.2 Verheugend
Al lezend in de Toelichting werden wij aangenaam getroffen door een aantal opmerkingen. Het is voor een heemkundekring verheugend te lezen dat de gemeente een eigen identiteit van het landelijk gebied van belang acht en dat de ontstaansgeschiedenis van het landschap zichtbaar moet blijven.
Het is ons uit het hart gegrepen, wanneer we lezen dat de ecologische structuur versterkt moet worden en de aantrekkelijkheid en herkenbaarheid van het landschap van groot belang zijn.
Het geeft hoop wanneer beweerd wordt dat herstel van cultuurhistorische waarden mogelijk is.
Kortom; vele malen lezen we de intentie om cultuurhistorische waarden te beschermen, te behouden en waar mogelijk te herstellen.
Deze eerste indrukken komen positief over.
2.3 Gemis
Een andere eerste indruk is de volgende. Op een aantal plaatsen krijgen wij al lezende de indruk dat dit bestemmingsplan is opgesteld door mensen die het Baarlese buitengebied niet optimaal kennen. Eén voorbeeld. De Mark – grensriviertje in het meest westelijke deel van Castelré en zeer bepalend voor het karakter van die streek – komt in het hele verhaal niet voor.
Baarle heeft o.a. ook binnen onze vereniging voldoende ‘gebiedskenners’ die de betreffende ambtenaren tijdig hadden kunnen bijpraten. Dat had tot een betere verfijning van het Ontwerp Bestemmingsplan kunnen leiden. Het risico bladzijden uit ons kostbare boek kwijt te taken zou daarmee kleiner geworden zijn.
2.4 Oude studie
De Baarlese gemeenschap heeft in het verleden veel geld besteed aan het verrichten van studies en het opstellen van rapporten die de ‘meest gewenste ontwikkelingen’ in kaart moesten brengen. Veel van die studies verliezen hun bruikbaarheid in de loop van de tijd.
In het kader van dit Ontwerp Bestemmingsplan herinneren wij u graag aan de ‘Visuele Landschapsinventarisatie’, welke in de jaren zeventig van de vorige eeuw is uitgevoerd door Bureau Thyssen bv uit Lith, als onderdeel van een reeks studies.
Toen is per 500m ons hele landschap bekeken en gerubriceerd in vijf landschapstypen. Zo’n grote variatie komt in andere delen van Noord-Brabant nauwelijks voor!
Wij realiseren ons dat er in de loop der jaren op veel plaatsen kleinere en grotere ingrepen gedaan zijn, waarbij kostbare en beeldbepalende elementen uit de omgeving verdwenen. Toch houden we staande dat deze inventarisatie nog altijd van grote waarde is.
Als de gemeente kiest voor een aantrekkelijk landschap, waarin wandelaar, fietser en ruiter de omgeving kan beleven, dan is het visuele vóórkomen daarvan van wezenlijk belang.
Wij begrijpen dan ook niet dat bij de totstandkoming van dit Ontwerp Bestemmingsplan deze visuele landschapsinventarisatie niet als leidraad en inspiratiebron gediend heeft.
2.5 Opschonen
Het valt ons op dat in de ‘Toelichting’ op een aantal plaatsen zaken staan die inmiddels achterhaald, uitgevoerd of in uitvoering zijn. Ze komen de duidelijkheid van het verhaal niet ten goede. Het ontstaan van dit Ontwerp Bestemmingsplan kent een lange geschiedenis. Wij zijn van mening dat de tekst ‘opgeschoond’ had moeten zijn vooraleer die aan te bieden.
2.6 Moeras
In de ‘Toelichting’ staan vele opmerkingen en beleidsrichtingen die ons positief stemmen. (Zie 2.2). Lezen we verder en komen we bij de ‘Regels’, dan dreigen we weg te zinken in een moeras van ontsnappingsroutes. Wij zijn van mening dat een bestemmingsplan zijn naam dient waar te maken. Het geeft bepaalde delen van Baarle een bepaalde bestemming. Alleen in uiterste noodzaak en bij niet te voorziene omstandigheden moet daar van afgeweken kunnen worden. De lange lijst van uitzonderingen en wijzigingsbevoegdheden in het Ontwerp Bestemmingsplan houdt de sfeer in stand van ‘in Baol moet alles kunnen’. Daar kiezen wij niet voor. Wij wensen een drastische beperking van de ‘ontsnappingskansen’.
3. AANDACHTSPUNTEN
3.1 Verpaarding
De term ‘verpaarding’ klinkt niet aangenaam. Hij moet dan ook ontstaan zijn uit ergernis. Die zal wel te maken hebben met het feit dat veel mensen de inrichting van erven, de wijze van afrasteren en de aanwezigheid van lichtmasten bij paardenliefhebbers als onprettig ervaren.
Wij krijgen de indruk, dat de gemeente erg veel ruimte wenst te geven aan de paardenhouderij, terwijl die voor slechts weinigen als bron van inkomsten geldt.
Wij bepleiten een grote terughoudendheid voor hobbypaardenhouderijen en verzoeken u om een volledig verbod op rijbakverlichting.
3.2 Geplastificeerd
De ideeën van de gemeente t.a.v. de ‘teeltondersteunende voorzieningen’ (TOV) vinden wij veel te ruim. Straks kunnen grote delen van ons landelijk gebied er geplastificeerd bijliggen.Dit is volkomen tegenstrijdig met uw eerder geuite wens om van de gemeente een toeristisch aantrekkelijk groen oord te maken.
Wij verwachten een drastische vermindering van de mogelijkheden tot het aanbrengen van TOV’s.
3.3 Landloos?
Er zijn bewegingen gaande in de maatschappij die binnen nu en een beperkt aantal jaren een sterke vermindering van de intensieve veehouderij zullen afdwingen. Zaken als voedseltekorten, CO2-uitstoot, energieverbruik, duurzaamheid, dierenwelzijn, gezondheidsaspecten e.d. spelen daarin een rol. U hanteert in uw teksten nog altijd te term ‘niet-grondgebonden landbouw’. Die is niet juist!
Schaalvergroting die op nieuwe locaties wordt toegestaan, dan wel schaalvergrotende uitbreidingen op bestaande locaties, vallen niet te rijmen met ‘landelijkheid’ en ‘toeristische aantrekkelijkheid’. Grootschalige bio-industrie en aangenaam recreëren gaan niet samen. Ook de gemeente Baarle-Nassau kan geen twee heren dienen.
De Reconstructie heeft gebieden aangewezen waar de intensieve veehouderij ruime kansen zou moeten krijgen. Wij bepleiten echter grote terughoudendheid en wensen zeker geen aanmoediging. Stallencomplexen doen een onomkeerbare aanslag op het landschap.
3.4 Geen bomen?
Een werkgroep, ontstaan uit samenwerking van ABC-Milieugroep en Heemkundekring ‘Amalia van Solms’ deed uitgebreid studie naar de aanwezigheid van monumentale en andere waardevolle bomen in de tweelinggemeenten. De resultaten van die studie zijn o.a. vastgelegd in het boek ‘Bomen in Baarle’. Bij de presentatie daarvan verklaarde de burgemeester van Baarle-Nassau dat dit boek voor de gemeente dienst zou doen bij het bepalen van beleid t.a.v. bomen.
Wij komen de bomeninventarisatie in de teksten van het Ontwerp Bestemmingsplan, noch op de kaarten en verbeeldingen tegen. Dat stelt ons zeer teleur. Wij verzoeken u dan ook deze bomen nadrukkelijk te bestemmen.
In ‘Bomen in Baarle’ is een hoofdstuk opgenomen over houtsingels en houtwallen (blz. 109). Wij verzoeken u met die gegevens de historische groenstructuren in het bestemmingsplan aan te vullen.
3.5 Ondergronds archief
Verbeelding 2B toont de landschappelijke waarden en zegt in de legenda ook de archeologisch waardevolle plekken weer te geven. Wij vinden echter slechts enkele summiere aanduidingen.
Het moet toch bekend zijn dat de Baarlese bodem één groot archief is!
In de perspectiefnota 2009-2012 van de gemeente Baarle-Nassau lezen we dat in de komende jaren mogelijkheden geschapen worden tot het maken van gemeentelijke archeologische kaarten. Ons komt dit voor als overbodig werk. In het kader van de Landinrichting Baarle-Nassau heeft Bureau Raap uitgebreid onderzoek gedaan en goedgedocumenteerde kaarten gemaakt. Deze moeten op het gemeentehuis bekend en aanwezig zijn. In 2008 heeft Bureau Raap ten dienste van de Landinrichting Baarle-Nassau nog eens een rapport met kaarten samengesteld. Op die kaarten wordt met name nog een aantal archeologische verfijningen weergegeven.
Onder verwijzing naar de Raaprapporten 560 en 1715 verzoeken wij u vooral het laatste rapport als basis voor het Bestemmingsplan Buitengebied te hanteren.
3.6 Massaal of niet?
Bij het opstellen van het ‘Structuurplan’ voor de gemeente Baarle-Nassau in 1976 (ja, het is even geleden, maar toch!) werden uitvoerige inspraakronden georganiseerd. Drieëntwintig groeperingen namen daaraan deel. T.a.v. de verblijfsrecreatie spraken eenentwintig groepen zich toen nadrukkelijk uit tégen verdere uitbreiding daarvan.
Ondanks die overduidelijke uitslag heeft de gemeente de recreatiebedrijven stelselmatig - al dan niet met inachtneming van geldende regels - laten groeien. Het Ontwerp Bestemmingsplan doet daar nog eens een flinke schep bovenop.
Naar de mening van de bevolking werd nooit meer gevraagd. Toch lezen we dat recreatie goed is voor Baarle. Wie vindt dat goed of voor wie in Baarle is dat goed? Die vragen worden niet onderbouwd.
Alle studies en rapporten over ons landschap roemen de landelijkheid, de variatie het vele groen, de (visuele) kwaliteiten van de ruimte, enz. Naar onze mening heeft Baarle dus een landschap dat bij uitstek geschikt is voor puur extensieve recreatie.
Tegen een matige uitbreiding van “Bed en Ontbijt’ of ‘Goei Kamer’- projecten en enige minicampings op verzorgde boerenerven hebben wij geen bezwaar. Als dat kan samengaan met restauratie van cultuurhistorisch waardevolle bouwwerken, is er zelfs sprake van winst.
De bestaande recreatiebedrijven dienen verplicht te worden zich toe te leggen op kwaliteitsverbetering en zorgvuldige groenvoorziening (brede groengordels aan de buitenranden).
Het ontwerpplan staat uitbreidingen binnen EHS-gebieden toe. Dat is van hogerhand verboden en dient dus geschrapt te worden.
4. VERFIJNINGEN
Wij voegen als bijlage een kaart toe waarop we een aantal aardkundige, cultuurhistorische en/of natuurhistorische elementen hebben aangegeven. Alle elementen zijn genummerd of voorzien van een ander teken. Voor die elementen vragen wij uw speciale aandacht. Wij zien ze als verfijningen in het grote geheel en willen ze behoeden voor onomkeerbare activiteiten en ingrepen. Het gaat om bladzijden die in het oude boek moeten blijven. Lezen wij ze nu niet, dan geven we mensen die na ons komen toch de kans ze wel in te zien.
Voor de volgende zaken vragen wij een duidelijke bescherming in het uiteindelijke Bestemmingsplan Buitengebied.
2 en 3. Deze gebieden – vooral 3 – vertonen nog zeer gaaf de oude gebruikscultuur van beemden en moerasbosjes (cultuurhistorische waarde). De aardkundige en natuurwaarden staan hier buiten kijf Het gebied maakt deel uit van de ‘Natte Natuurparel het Merkske’ en wordt beheerd door Staatsbosbeheer. Bescherming lijkt dus verzekerd. Toch bestaat geen absolute zekerheid dat de beheersinzichten zullen blijven zoals ze nu zijn. Het Bestemmingsplan Buitengebied dient te zorgen voor het veilig stellen van de totale structuur van beemden, bosjes en bijbehorend patroon van wegen en paden.
4. Noordelijk van de Oude Strumpt ligt een weidegebied dat opvalt door zijn grote rijkdom aan bomen (natuurhistorische en landschappelijke waarde). Het vormt met zijn transparante karakter een gave overgang tussen de superkleinschaligheid van de Withagen en de meer open ruimten in westelijke, zuidelijke en oostelijke richtingen. Het verdient het predikaat ‘beschermd landschap’ en moet dat ook krijgen. Daarbij is noodzakelijk dat de weideafrasteringen weer op de juiste plaats terugkeren.
5. De Haldijk vormde de centrale as in het zeer grootschalige heideontginningsproject van Voortman en Jacquemyns tussen 1845 en 1890. Samen met het knooppunt van zes wegen, vertelt deze lange lijn de geschiedenis van dit gebied (cultuurhistorische waarde). Als zodanig verdient de Haldijk met het zesvoudige wegenknooppunt een beschermde status.
De Haldijk kan bovendien beschouwd worden als een zogenaamde ‘geodetische lijn’. Dat is een rechte lineaire structuur die kan dienen – en gediend heeft – als ijkpunt voor metingen in het landschap. Ook op grond hiervan verdient de Haldijk een speciale bescherming, die zodanig van aard dient te zijn, dat bij welke ingreep dan ook de strakke lijn gehandhaafd en zichtbaar blijft.
6. De Witte Bergen met het Zwart Ven en de Poel vertonen een uitzonderlijk reliëf (aardkundige waarde). De combinatie van de twee toponiemen met wit en zwart met daarbij de oude sage over een koningsgraf, die hier gesitueerd wordt, verwijst naar een prehistorische (Keltische) cultusplaats (cultuurhistorische waarde).
Redenen genoeg om dit gebied een beschermde status te geven.
Hier is sprake van een heel zeldzaam aardkundig verschijnsel.
Bosbouwkundige of andere ingrepen kunnen deze pagina met oeroude geschiedenis teniet doen. Een nadrukkelijk beschermingsstempel is dus noodzakelijk.
8. De Franse Baan is in Baarle een begrip. Franse troepen kwamen in 1792-1795 naar onze streken, hadden een kampement in de Castelrése Heide en legden een verbindingsweg om Baarle heen (cultuurhistorische waarde).
Deze baan vertegenwoordigt een stuk van onze dorpsgeschiedenis uit een hoofdstuk van ons oude boek dat we nog onvoldoende kennen.
Wij bepleiten een strikte bescherming van deze weg. Laat het over de gehele lengte een zandbaan blijven en reconstrueer zorgvuldig, mocht de omleidingsroute bij Boschoven enige verstoring veroorzaken.
9. Kijkend naar de bossen van het Goordonk en de Schietberg, dan moeten we constateren dat een deel van deze bladzijden ongelezen uit ons boek verdwenen zijn. Naar de inzichten van eerder zijn in een deel van het gebied villa’s en vakantiewoningen terecht gekomen. Het westelijke deel is als bosgebied bewaard. Daarin ligt de Schietberg, een herinnering aan WO I. Het is een potentieel monument (cultuurhistorische waarde).
Om ooit nog eens herstel van de vroegere schietbaan met kogelvanger mogelijk te maken, bepleiten wij een afdoende bescherming van het westelijke gebiedsdeel.
10. Dit nummer staat voor het totale voormalige landgoed van achtereenvolgens de familie Mayer- Van den Bergh, Melchers, Van Groenendael en de Broeders Franciscanen van het H. Kruis.
Zij allen hebben dit gebied beïnvloed. Het landschap draagt er de sporen van en vormt dus een belangrijke bladzijde in ons boek.
Wij bepleiten een goede bescherming van de bestaande percelering en de indrukwekkende structuur van lanen (cultuurhistorische en esthetische waarden).
11. Baarle heeft nog een paar zeer oude akkercomplexen. Misschien wel het meest fraaie daarvan ligt zuidelijk van Loveren, tussen de Molenbaan en de Hoogstratensebaan. In meerdere rapporten over Baarle wordt dit gebied als zeer waardevol beoordeeld. Het archeologische verwachtingspatroon is zeer hoog. De visuele kwaliteit wordt bijzonder genoemd, daar hier na een lange periode van akkers omgeven door houtwallen, na het verdwijnen daarvan een open ruimte ontstond waar de akkers aan elkaar grenzen zonder zichtbare kavelmarkeringen. Er zijn dus geen heggen, sloten of greppels tussen de percelen aanwezig. Dit verschijnsel wordt als zeer zeldzaam gekenmerkt. Van de vroegere wallen met akkermaalshout bleef slechts een minimaal restje over. (Dat schrééuwt om (kleinschalig) herstel!)
Een reeds ingeplande ‘Ruimte voor ruimte’ locatie zal weer een stuk van het gebied afhalen. Een perceel van het gebied tegen de Molenbaan, aan de kant van de Heimolen is al jaren in gebruik als stalling van landbouwmachines. Dit is ontoelaatbaar vanwege het verrommelende effect op dit landschap en het mogelijke lekken van olie.
Door de aanwezigheid van meervoudige en zelfs bovenlokale waarden verdient dit akkercomplex een strikte bescherming en vrijwaring van elke aantasting.
12. Tegen nummer 11 en er bijna deel van uitmakend, ligt geheel verborgen onder de oppervlakte en deels nog aan de oppervlakte aanwezig in het bos, een uniek spoor van zogenaamde ‘Celtic Fields’ (Keltische akkers). Hier vinden we nog een klein overblijfsel van de ‘zwervende-erven-landbouw’ uit de prehistorie. Absoluut uniek!
Aantasting van het bos ter plaatse en van de directe omgeving, zou funest zijn voor dit zeldzame stukje geschiedenis.
Wij dringen aan op strikte bescherming.
Bosbouwkundige en andere ingrepen kunnen deze sporen voor eens en voor altijd uitwissen.
Wij vragen een vorm van bescherming om dit te voorkomen.
14. Het gebied ten noorden van Woongemeenschap De Grens, het voormalige klooster van de Paters van de Heilige Geest, heeft een zeer fraaie kavelindeling met markante lanen. Dit gebied is landschappelijk van hoge waarde.
Wij bepleiten nadrukkelijk een goede vorm van bescherming.
15. Het bosgebied van de Reth heeft goed herkenbare sporen van WO II. Er ligt namelijk een aantal tank- en carrierschuilplaatsen. Daaraan is te zien dat de bevrijdingslegers hier in oktober 1944 tijdelijk bivakkeerden (cultuurhistorische waarde). Deze sporen vragen om een afdoende bescherming.
NB, delen van deze bossen zijn afgerasterd met hoog gaas. Dat lijkt ons niet toelaatbaar. Deze bossen dragen namelijk het stempel EHS. Een van de doelen daarvan is vrije doorgang voor dieren van het ene naar het andere gebied mogelijk te maken. Deze rasters verhinderen dat voor grotere dieren.
Er zijn nu o.i. twee mogelijkheden. De EHS wordt gehandhaafd, dus het gaas moet weg. Tweede mogelijkheid: het gaas blijft staan. Dan vervalt echter het EHS-stempel. Dat zal elders gecompenseerd moeten worden.
Wij verwachten dat het gemeentebestuur deze kwestie naar behoren zal oplossen.
16. Het dorp Baarle met directe omgeving is ontstaan uit een vijftal zeer oude nederzettingen; één centrale en de andere vier er in een nauwe kring omheen. Al die nederzettingen hebben een ‘plaetse’ welke ook wel Frankische driehoek genoemd wordt.
We herkennen de ‘plaetse’ nog heel goed op de Singel en op Loveren. Die van de Tommel ging verloren in onvergeeflijke verrommeling. Op Boschoven is hij niet terug te vinden. Daar is de wegenstructuur te zeer veranderd na de aanleg van het Bels Lijntje.
Op Nijhoven is de driehoeksvorm voor een aandachtige beschouwer nog wel te herkennen.
Wij bepleiten een zodanige bescherming van de omgeving rond de Buyckxe Kuil dat eventueel herstel van de ‘plaetse’ in zijn oorspronkelijke staat mogelijk blijft.
17. Het akkercomplex van de Dekt heeft kenmerken die vergelijkbaar zijn met die van nummer 11. De waterscheiding tussen de stroomgebieden van de Mark en de Donge zijn hier perfect zichtbaar. Ook hier is sprake van hoge aardkundige en cultuurhistorische waarden.
De toekomstige omleidingsweg knipt er een stuk vanaf. Reden te meer om het overblijvende deel een adequate beschermingsvorm te geven.
18. De oorspronkelijke Visweg met vervolgpaden vormde vroeger een complete ‘rondweg’ om Baarle-Centrum heen. Het betrof een historische verbindingsweg tussen de buurtschappen Loveren, Tommel, Nijhoven en Boschoven.
Van de oude route zijn aan Baarles zuidzijde nog delen intact. De rest is verbrokkeld en onderbroken. De Ruilverkaveling Alphen knipte er bij Boschoven een deel uit weg. De nieuwbouwwijken van Dorp-Noord en Hoogbraak en de realisering van Sportpark Boschoven wisten de oude route uit.
Toch vragen wij nadrukkelijk om bescherming van de nog bestaande delen. We moeten de kans open houden om in een later stadium de oostelijke en noordelijke delen van de buurtschappenpaden op enige wijze te herstellen. Dit past namelijk in de ideeën voor een corridor tussen kern en landelijk gebied met een netwerk voor recreatief medegebruik, zoals bepleit door het REK en door de stimulering van zogenaamde ‘ommetjes’ van de Provincie Noord-Brabant.
19. De kaarsrechte lijn op de kaart is een van de wegen in het jonge ontginningsgebied van de Bedafse Heide. Ook hier betreft het – net als bij de Haldijk – een markeringslijn in een grootschalige ontginning. Wij pleiten voor een duidelijke bescherming van de wegenstructuur in dit gebied, waarbij we de bijzondere waarde van deze as wensen te benadrukken.
Wat wij nu natuurgebied noemen, heette toen ‘woeste grond’. Door razendsnelle ontginning van grote heidevelden kon de aanleg van het vierde depot voorkomen worden. Baarle leverde honderden hectaren natuurterrein in en stille gebieden werden ontsloten.
De Provincie Noord-Brabant is enige tijd geleden teruggekomen op eerdere ideeën en heeft bepaald dat het MOB-complex op het Ghil terug moet naar de natuur. Dat dient dan ook zonder enige vorm van voorbehoud te gebeuren.
* De grotere dennenbosgebieden hebben we op onze kaartbijlage met een * aangeduid. Wij vragen er uw aandacht voor. Lezen we de bladzijde ‘dennenbossen’ in het oude geschiedenisboek van ons landschap goed, dan lezen we hier hoe van oorsprong, van ver vóór de menselijke activiteiten en invloeden de Baarlese bodem gevormd is. De grond waarop de dennenplantages staan, vertoont nog altijd de oorspronkelijke horizonten (= gelaagdheid van de bodem). Vroegere heideontginningen, welke geleid hebben tot het massaal aanplanten van naaldhout, verstoorden alleen de toplaag. Deze oorspronkelijke, onaangeroerde bodems vormen een kostbaar bezit (hoge aardkundige waarde).
Veronderstel dat Baarlenaren ooit nog eens de wens zouden hebben een landschap te laten ontstaan op de wijze zoals dat ook gebeurde na de laatste ijstijd, dan kan dat alleen op deze gronden. Zouden mensen er dus voor kiezen om ooit weer zuiver eiken-berkenbos (eigen aan onze zandgronden) te laten ontstaan, dan mogen wij hen die kans niet onthouden (toekomstige waarde!).
Op grond hiervan wensen wij voor de dennenbossen een vorm van bescherming die onomkeerbare ingrepen voorkomt.
C. Uniek Castelré
Het Merkske ten noorden, de Mark ten westen en de Hollandse loop aan de zuidzijde van Castelré hebben drie op elkaar aansluitende beekdalen gevormd. Dat is aardkundig uniek te noemen. Tussen die drie beekdalen ligt een zandhoogte. Dat geeft een unieke combinatie. Naar het oosten strekt de grote ruimte zich uit. Het kan niet beter! Geen wonder dat hier al heel lang geleden menselijke bewoning ontstond. Hier kon de mens landbouw bedrijven op de enige manier die de agrariër toen kende. Dat drievoudige systeem van grondgebruik paste hier perfect. Aan drie zijden kon hij hooilandjes en weidegronden aanleggen. Op de hoogte bedreef hij akkerbouw en naar het oosten trok hij om plaggen te halen en zijn schapen te weiden. Alles wat hij nodig had, lag in een overzichtelijke kring bijeen.
Dit eeuwenlange grondgebruik is tot op de dag van vandaag nog in één oogopslag te zien. Nergens anders is zo’n bladzijde uit het oude boek zo gaaf te lezen en te beleven. Aardkundige, archeologische, cultuurhistorische en visueel-esthetische waarden zijn hier volkomen samengesmolten. Werkelijk uniek!
Elders in het Brabantse land wees de Provincie Noord-Brabant ‘Regionale landschappelijke Eenheden’ aan. Delen daarvan raken de noordelijke grenzen van onze gemeente.
Wij stellen voor van gebied C een ‘Lokale Landschappelijk Eenheid’ te maken. Baarle mag niet toestaan dat deze unieke plek op welke wijze dan ook verstoord kan worden.
TOT SLOT
Begaan met het wel en wee van Baarle, uit respect voor het rijke verleden, uit zorgzaamheid voor het heden en uit hoop voor de toekomst, hebben wij deze vragen, zorgen, opmerkingen en wensen op papier gezet.
Ook al zullen niet alle elfhonderd leden van ‘Amalia’ elk facet van onze zienswijzen even sterk ondersteunen, wij durven toch te stellen dat we een aanzienlijk deel van de bevolking vertegenwoordigen.
Wij hopen en verwachten dan ook onze ideeën terug te vinden in de definitieve versie van het Bestemmingsplan Buitengebied.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten